ZOETERMEER (ZH) – Afgelopen zomer was ik kennelijk in een zogenaamd veiligheidsrisicogebied. De naam doet vermoeden dat ik in Oost – Oekraïne of een andere brandhaard in de wereldwas. Maar nee, ik was in Amsterdam – West waar preventief werd gefouilleerd. Elke burger die zich in een dergelijk gebied bevindt, mag worden gefouilleerd. Er is geen enkele verdenking van een strafbaar feit voor nodig om dit te mogen doen. Dit krijgt vorm door het aftasten van de kleding en het openen en van de rugzak, handtas, fietstas of andere vorm van bagage. De politie zoekt dan naar verboden wapens. Als zij tijdens het fouilleren echter andere verboden goederen aantreffen, wordt dit gezien als legitieme bijvangst en worden die (ook) in beslag genomen. Hoewel er in Nederland al sinds 2002 preventief wordt gefouilleerd, was het de eerste keer dat ik het zelf meemaakte. Ik begon mij ergens wel een beetje schrap te zetten. Ik heb namelijk altijd vanuit een principiële overweging tegen mezelf en de mensen in mijn omgeving gezegd dat ik mij niet preventief laat fouilleren. Ik begon er dus ook rekening mee te houden dat ik zou worden aangehouden, wegens het niet opvolgen van een ambtelijk bevel. De politieagenten fouilleerden mij echter niet. Tegelijk kon ik de verleiding niet weerstaan om toch te blijven kijken hoe zo’n preventief fouilleeractie verloopt. Wat mij met name opviel was dat iedereen die gefouilleerd werd, de actie gelaten en zonder weerwoord over zich heen liet komen. Er werd zelfs niet eens gevraagd wat het doel van die fouillering was.
De belangrijkste reden voor de wetgever om het preventief fouilleren in te voeren, was dat het een aanzienlijke bijdrage zou leveren aan de vergroting van de veiligheid. Met precies die reden is ons ook wijsgemaakt dat het nodig is dat er op zowat elke hoek van de straat een veiligheidscamera staat, dat de kentekens van onze auto’s worden geregistreerd op grote delen van de snelweg, dat het nodig is dat onze vingerafdruk in ons paspoort wordt opgenomen en ga zo maar door. Toch er is ten aanzien van die vergaande maatregelen nog nooit aangetoond dat het de maatschappij veiliger maakt, terwijl de inbreuken op de privacy van burgers toch aanzienlijk zijn.
Tegelijk lijkt het ons maar weinig te interesseren dat de overheid beetje bij beetje steeds meer toezicht heeft over ons dagelijkse leven waarin wij worden bespied, begluurd en besnuffelt. De algehele teneur op dit vlak is: ‘ik heb toch niets te verbergen’. Een merkwaardige instelling naar mijn mening, die pakweg dertig jaar geleden ook ondenkbaar was toen er in Nederland nog een gezond wantrouwen bestond naar de autoriteiten. Maar ergens is het kennelijk gelukt een permanent gevoel van angst te creëren, waardoor permanente controle vanuit de overheid mogelijk wordt.
Een tijd geleden was ik met vrienden in Berlijn. Met uitzondering van regeringsgebouwen, heb ik daar nergens camera’s op straat gezien. Preventief fouilleren is daar ook niet toegestaan zonder enige mate van verdenking. Dit voedt de gedachte dat je misschien eerst de absolute controlestaat moet hebben meegemaakt, om te weten dat je een overheid niet teveel inzicht mag geven in zaken die in onze privésfeer liggen. Het ligt nou eenmaal in de aard van de overheid om eenmaal verkregen controlebevoegdheden niet meer af te geven. Er zijn in Nederland weliswaar enkele organisaties zoals Bits of Freedomdie opkomen voor het recht op privacy, maar het maatschappelijk draagvlak mag wel wat groter. Dit recht is namelijk te waardevol om te denken dat de overheid er voorzichtig mee omgaat.
Bron : http://www.camilleri.nl/2014/10/ik-h...-te-verbergen/
De belangrijkste reden voor de wetgever om het preventief fouilleren in te voeren, was dat het een aanzienlijke bijdrage zou leveren aan de vergroting van de veiligheid. Met precies die reden is ons ook wijsgemaakt dat het nodig is dat er op zowat elke hoek van de straat een veiligheidscamera staat, dat de kentekens van onze auto’s worden geregistreerd op grote delen van de snelweg, dat het nodig is dat onze vingerafdruk in ons paspoort wordt opgenomen en ga zo maar door. Toch er is ten aanzien van die vergaande maatregelen nog nooit aangetoond dat het de maatschappij veiliger maakt, terwijl de inbreuken op de privacy van burgers toch aanzienlijk zijn.
Tegelijk lijkt het ons maar weinig te interesseren dat de overheid beetje bij beetje steeds meer toezicht heeft over ons dagelijkse leven waarin wij worden bespied, begluurd en besnuffelt. De algehele teneur op dit vlak is: ‘ik heb toch niets te verbergen’. Een merkwaardige instelling naar mijn mening, die pakweg dertig jaar geleden ook ondenkbaar was toen er in Nederland nog een gezond wantrouwen bestond naar de autoriteiten. Maar ergens is het kennelijk gelukt een permanent gevoel van angst te creëren, waardoor permanente controle vanuit de overheid mogelijk wordt.
Een tijd geleden was ik met vrienden in Berlijn. Met uitzondering van regeringsgebouwen, heb ik daar nergens camera’s op straat gezien. Preventief fouilleren is daar ook niet toegestaan zonder enige mate van verdenking. Dit voedt de gedachte dat je misschien eerst de absolute controlestaat moet hebben meegemaakt, om te weten dat je een overheid niet teveel inzicht mag geven in zaken die in onze privésfeer liggen. Het ligt nou eenmaal in de aard van de overheid om eenmaal verkregen controlebevoegdheden niet meer af te geven. Er zijn in Nederland weliswaar enkele organisaties zoals Bits of Freedomdie opkomen voor het recht op privacy, maar het maatschappelijk draagvlak mag wel wat groter. Dit recht is namelijk te waardevol om te denken dat de overheid er voorzichtig mee omgaat.
Bron : http://www.camilleri.nl/2014/10/ik-h...-te-verbergen/
Comment